Jeanne: Het einde van hockey

Terwijl ik dit schrijf krijg ik een brok in m’n keel. Ik heb eindelijk de ballen gehad om m’n lidmaatschap bij de hockey op te zeggen.

Wat zou jij doen in mijn geval?

Ik haat het wel, dat ik dit moet doen. Eigenwijs als ik ben ( of sentimenteel, iedereen ziet dat weer anders) heb ik hier mee gewacht.

Omdat ik aan de ene kant niet aan toe wil geven dat het voorbij is. En wat nu als ik wel beter wordt? En ik toch weer kan spelen? Sommige mensen verklaren mij voor gek. Maar die hebben makkelijk praten want je denkt dat de consequenties te groot zijn want je wilt toch niet nog een bal tegen je hoofd? En nog verder van huis komen?

Gelukkig heb ik de foto’s nog šŸ˜‰ ik ben nr. 4

Daar heb ik heel lang over nagedacht:

Natuurlijk ben ik geschrokken. Toen ik vorig jaar bij de sportarts in het UMC zat drong het pas echt tot me door. Hoe belangrijk m’n hoofd is en hoe ingewikkeld je hersenen in elkaar zitten. Een andere duidelijke domper was hockeytraining. Na een paar maanden thuis en re-integratie bij de Rabobank leek alles weer normaal. Werken fulltime was geen probleem. En ik kon lekker fietsen. Allemaal prima. Totdat ik op de training kwam. Ik had geen conditie maar met een klein partijtje meedoen bleek opeens lastig. De bal kwam eraan maar ik leek wel in slowmotion te reageren met mijn stick. Iedereen in mijn team was verder heel relaxed en zeiden ook tis gewoon je conditie. Ga gewoon een paar keer trainen. Maar dat was het niet. Er was iets veranderd. Ik werd snel duizelig. Kon moeilijk alles volgen. Iedereen bewoog, de bal bewoog mijn stick, het veld. Wacht.. Het veld? Het veld ging op en neer of ik zelf? Het leek alsof ik op een boot stond. Toen leek het mij beter te stoppen en aan de kant te zitten.

Geef een reactie

%d bloggers liken dit: