“Al een jaar en 3 maanden ben je in mijn
leven, en brengt m’n hoofd op hol.” Nee. Dit verhaal gaat niet over een leuke
Tindermatch. Maar over ‘meneer de hersenschudding’. En hoe die in m’n leven
kwam.
Onze eerste ontmoeting vond plaats toen ik nog jong was. Ik trok een
slaapkamerdeur dicht, de klink schoot los, en voordat ik het wist lag ik onder
aan de trap. Ik weet er niet veel meer van. Zoals ik zei: ik was jong.
Later ontmoette we elkaar nog eens. Die keer dat ik geschept werd door een
auto. Maar ook deze ontmoeting was niet veel meer dan ‘een snelle flirt’. Je
kwam, maar was ook zo weer weg. En ik was je net zo snel weer vergeten.
En toen kwam die bewuste dag, 26 november 2017. Daags na mijn 30e verjaardag. We hadden het gevierd, en het was laat geworden. Ik liep naar boven, trok mijn schoenen uit en pakte op de badkamer mijn tandenborstel. Al tandenpoetsend liep ik weer naar beneden. En daar, op dat moment (in een mix van onoplettendheid, alcohol, een gladde panty én een trap zonder leuning) zag jij je kans. Hoe het precies is gegaan, zal ik nooit weten. Wat ik wel weet, is dat ik voor je viel. Hard. Eerst de treden van de trap. Daarna de stenen vloer.
De vier uur na mijn val, had je me volledig in je macht. Alles wat ik deed en zei, was jij. Ik kan me er dan ook niets meer van herinneren.
De weken die volgenden brachten we grotendeels
met z’n tweeën in bed door. Tja, dat is hoe het gaat als het echt raak is.
Inmiddels is dat hele heftige er wel vanaf. Maar nog
steeds lijkt mijn leven soms stil te staan, en alleen maar om jou te draaien.
En hoewel je me ook een hoop hebt geleerd, ben ik er inmiddels wel écht klaar
mee. Maar hoe hard ik mijn best ook doe: ik lijk maar niet van je los te komen.
De tijd dat je nog bij me bent, probeer ik er het beste van te maken. En kijk
ik verwachtingsvol uit naar het moment dat ik definitief afscheid van je kan
nemen. ‘Lieve’ hersenschudding, het is tijd dat je gaat.
Geef een reactie